Kamp Amersfoort

George Kopinsky is de een van de twee bronnen waar de wetenschap vandaan komt, dat László twee muurschilderingen zou hebben gemaakt in Kamp Amersfoort. Eveneens de verklaring dat László werkzaam is geweest in de Bijenkorf.  De eerste getuigen is een mevrouw uit Haarlem geweest. Hier volgt een citaat van een artikel van Cees Biezenvelt en Dimitri Gazan; informatiebulletin website Kamp Amersfoort, november2004:

Op 24 november 1971 verschijnt een artikel in de Amersfoortse Courant, waarin directeur J. Scholten verslag doet van contacten met de vrouw van een oud-gevangene, wonende te Haarlem. Deze vrouw had zich op de oproepen gemeld met de boodschap dat haar man de schilder had gekend. De schilder was een Joodse man geweest, kunstschilder, met de naam Weiss. Hij zou als sneltekenaar in De Bijenkorf te Amsterdam zijn brood hebben verdiend met het maken van portretten. Hij zou in de oorlog uiteindelijk zijn omgekomen. De oudgevangene zelf was vier jaar tevoren al overleden en kon niet meer persoonlijk gehoord worden. De vrouw had nog wel een getekend portret van haar man, als gevangene in een kamp getekend door Weiss. Enig bewijsstuk of schriftelijke getuigenverklaring kwam niet aan de orde.

 

Hieronder volgt een citaat uit een interview met Miro Lucassen
met betrekking tot de tweede getuigen, George Kopinsky, Publicatie:22-11-1999, Herstelde herinneringen; nieuwe aandacht voor Kamp Amersfoort 

..Kopinsky kende László Weiss van de Bijenkorf in Amsterdam.
Weiss was er reclameschilder, Kopinsky werkte mee aan de etalages. Hoe de ontmoeting in Kamp Amersfoort tot stand kwam weet de 75-jarige (inmiddels op 79 jarige leeftijd overleden) Amsterdammer zich niet meer te herinneren." Hij was een wandschildering aan het maken inruil voor een extra stuk brood of soep. Hij vroeg of ik wilde helpen. Natuurlijk, maar dan moest ik me eerst drukken van het andere werk. "Dat lukte en de jonge Kopinsky vond zichzelf terug achter de machines in de houtzagerij met een voorraad poederverf, kiezelstenen en metalenplaatjes.
Dag na dag mengde hij de grove brokken verf en wreef het geheel fijn volgens de instructies die Weiss hem liet bezorgen. Een enkele keer kon hij zien wat de schilder met het materiaal deed. De gesprekken tussen meester en gezel bleven schaars en kort. " Ik zat inde hoek achter de zaagmachine. Schilderen was vakwerk, ik was een snotneus. Hij werkte met een klein penseel. Ik denk dat hij het zelfgemaakt had. Op een keer zei hij: een fresco moet je alleen in de natte kalk schilderen. In dromen zie ik het duidelijker dan ik het kan vertellen. Ik heb er ook geen idee van hoe lang het heeft geduurd. Opeen dag was Weiss verdwenen. Ik geloof niet dat het schilderij toen helemaal af was… In Kopinsky’s herinneringen neemt de muurschildering niet echt een voorname plaats in. "Ik was zeventien, ik had heel andere gedachten aan mijn hoofd..

Hieronder kunt u de volgende links aanklikken betreffende artikelen omtrent László Weiss mbt Kamp Amersfoort:

www.leusden.nl/1372/appelweg-1-muurschildering-jpg/

www.ad.nl/ad/nl/1401/ad/integration/nmc/frameset/varia/kobala_article.dhtml?artid=2472946&service=archive&articleID=2472946

www.4en5mei.nl/herinneren/oorlogsmonumenten/monumenten_zoeken/oorlogsmonument/2086

www.kamp-amersfoort.nl/p/muurschilderingen